Vloerverwarming is de laatste jaren uitgegroeid tot populairste verwarming bij nieuwbouwprojecten of grondige renovaties. Terecht, want het is een energiezuinige manier van opwarmen. Zeker bij goed geïsoleerde woningen. Maar ervaar je wel dezelfde warmte als met radiatoren? Kan je echt rekenen op vloerverwarming als hoofdverwarming? Dat hangt af van een aantal factoren. Volg bij jouw keuze voor vloerverwarming de tips in dit blogbericht. Want enkel zo krijg je het echt warm met vloerverwarming.
De juiste inregeling van de vloerverwarming
De kwaliteit van de inregeling van vloerverwarming is cruciaal voor een optimale werking. Er zijn manuele en automatische systemen om het debiet te regelen. Tijdens de inregeling stelt de installateur de debieten van de kringen in. Een juiste inregeling zorgt ervoor dat de kamers de ideale temperatuur bereikt hebben als de thermostaat uit valt.
Is de inregeling niet correct gebeurt, dan ontstaan er onder- en overdebieten in de kringen. Met alle gevolgen van dien voor het energieverbruik en de gevoelstemperatuur in de kamers. Allesbehalve comfortabel en niet goed voor de energiefactuur.
Bij manuele inregeling draait de installateur de afsluiters manueel aan tot het perfecte debiet bereikt is. Klinkt eenvoudig, maar toch is de kans dat er iets fout loop groter dan bij een automatische inregeling. Bij dit laatste systeem krijgt elk circuit exact de juiste hoeveelheid energie om op zijn best te werken.
Vloerverwarming enkel geschikt in goed geïsoleerde woningen
Vloerverwarming werkt met een lage aanvoertemperatuur van het water, tussen de 30 en 40 °C. Dit bespaart energie, maar betekent ook dat vloerverwarming het beste werkt in goed geïsoleerde woningen. Want de opwarming gebeurt traag. Bij slecht geïsoleerde woningen gaat die warmte snel verloren. Dan kan de vloerverwarming dit niet snel genoeg ophalen om de ruimte comfortabel warm te maken. Bij goede isolatie blijft de warmte mooi binnen en bereik je wel die aangename temperatuur.
Volg de basisregels bij de plaatsing van de vloerverwarming
Uiteraard start een goede werking van je vloerverwarming bij een goede installatie. Hierbij moet de installateur rekening houden met een aantal vuistregels.
- Respecteer kringlengtes en legafstanden: Houd rekening met maximale lengtes van de kringen en zorg voor een evenwicht tussen korte en lange kringen. De afstand tussen buizen moet 10 tot 15 cm zijn.
- Controleer doorstroming: Vermijd het knikken van buizen en zorg ervoor dat er overal een goede doorstroming is.
- Uitzettingsvoegen: Zorg voor randisolatie en uitzetvoegen om te voorkomen dat de vloer barst door temperatuurveranderingen.
- Progressieve opstart: Het systeem moet geleidelijk worden opgestart om scheuren te voorkomen. De vloerverwarming moet nooit volledig uitgezet worden.
- Ontlucht de leidingen: Verwijder luchtbellen uit de buizen voor een efficiënte warmteoverdracht.
Kies de beste manier om de temperatuur te regelen in je woning
Heb je een open ruimte of enkele ruimtes naast elkaar die gelijktijdig mogen opwarmen? Dan werkt een centrale kamerthermostaat prima. Wil je de temperatuur per kamer kunnen instellen, dan kies je best voor zoneregeling.
- Eén centrale kamerthermostaat: Hierbij wordt vanuit één centrale thermostaat een warmtevraag naar de ketel of warmtepomp gestuurd. Elke ruimte met vloerverwarming wordt tegelijkertijd verwarmd.
- Zoneregeling: Elke zone heeft een aparte thermostaat, waardoor elke zone een afzonderlijke warmtevraag kan sturen.
Door deze tips en richtlijnen te volgen, zal jouw vloerverwarming optimaal werken. Ervaar het comfort dat je voor ogen had en zie aan je energiefactuur dat alles zuinig werkt.
Hulp nodig om de beste technieken in jouw project te integreren? Contacteer ons.